Om de kennis op te frissen beginnen we bij de basis met de vraag wat micro- organismen nu eigenlijk zijn. Antonie van Leeuwenhoek heeft de microscoop uitgevonden en dat was het moment waarop we voor het eerst heel veel kleine bewegende diertjes konden zien die we met het blote oog niet kunnen waarnemen. Ze komen in grote hoeveelheden voor en verplaatsen zich niet. Met andere woorden: ze lopen niet over de tafel en vliegen niet door de lucht. Maar we kunnen ze wel heel gemakkelijk verplaatsen of overdragen via direct contact, indirect contact en via de lucht. Micro-organismen kunnen zich heel snel vermenigvuldigen als de omstandigheden daarvoor gunstig zijn. Globaal zijn ze onderverdeeld in:
- Bacteriën
- Sporen
- Virussen
- Schimmels
- Prionen
- Parasieten
- Protozoën.
Deze micro-organismen bevinden zich op en in de lucht, voedingsmiddelen, de mens (voorkeursplaatsen: oksel, mond, neus, onder nagels, anus, liezen, perineum ), planten/ bomen, dieren en voorwerpen. Als we even kijken naar bacteriën, dan kunnen deze zich onder gunstige omstandigheden delen van één naar wel duizenden bacteriën. Dringen bacteriën het lichaam binnen, bijvoorbeeld via een wondje, dan kunnen ze zich in snel tempo vermenigvuldigen en vertonen ze een stofwisseling (nemen stoffen op en scheiden ook stoffen uit).
Infectiepreventie
Er is veel bekend over de aard en de eigenschappen van de diverse ziekteverwekkers. Daarom is het goed om passende maatregelen te treffen die de overdracht in de tandartsenpraktijk beperken. Infectiepreventie moet erop gericht zijn het aantal levensvatbare ziektekiemen op een bepaalde besmettingsroute zodanig te reduceren dat bij een mogelijke besmetting geen ziekte meer kan ontstaan.
Het is dus niet zo dat overdracht van ziektekiemen altijd voor 100 procent voorkomen hoeft te worden: door huishoudelijk reinigen en ontsmetten (desinfectie) kan het aantal levende ziektekiemen in veel situaties al voldoende worden gereduceerd. De besmettingsroute via bijvoorbeeld indirect contact met de unithandgreep kan door simpele desinfectie doeltreffend worden uitgeschakeld. De grootste besmettingsbronnen in de tandartspraktijk zijn bloed, speeksel en water (aerosolen).
Natuurlijk kost een patiëntenwissel veel tijd, die er soms onvoldoende is om het goed te doen. Toch blijft het een zeer belangrijk aandachtspunt en schroom niet om het tijdens de werkbespreking aan te kaarten als je steeds tegen tijdgebrek aanloopt.
Een goed voorbeeld van hoe je de behandelkamer reinigt en desinfecteert na een behandeling:
- Met je gebruikte handschoenen van de patiënt kun je prima eerst alle disposables oppakken een weggooien.
- Verzamel je instrumentarium op de tray, zet deze op de daarvoor bestemde plek en spoel kort alle gebruikte slangen door. haal ook de tip van de gebruike meerfunctiespuit af, de hoekstukken en eventueel ook de scalertip.
- Nu is het moment om je handschoenen uit te doen en weg te gooien, je bril af te zetten en je mondneusmasker af te doen en weg te gooien.
- Daarna is het belangrijk om eerst een druppel handalcohol te nemen uit de dispenser en deze over je handen te wrijven zodanig dat deze binnen 30 seconden droog zijn. Ga vooral niet wapperen met je handen, want dan versnel je het drogen en dit gaat ten koste van de inwerktijd die de handalcohol nodig heeft om de micro-organismen uit te schakelen
- Trek daarna nieuwe schone handschoenen aan waarmee je alle oppervlakken gaat reinigen desinfecteren (Helaas zie ik regelmatig dat de desinfectiedoekjes met de blote handen worden gebruikt).
- Kijk of je zichtbare verontreiniging ziet, zoals bijvoorbeeld bloedresten. Deze neem je dan eerst af met een disposable doek met koud water en eventueel wat zeep uit de dispenser. Pas na het reinigen mag er gedesinfecteerd worden.
- Daarna neem je een disposable desinfectiedoekje en loop je na wat er op en aan de unit en stoel zit. Zorg ervoor dat je doekje goed doordrenkt is met de desinfectievloeistof. Neem eventueel een tweede, derde of vierde doekje. Je zorgt er zo voor dat er een inactivering/reductie plaatsvindt van micro-organismen op levenloze oppervlakken tot een aanvaardbaar contaminatie niveau. Je elimineert dus, waardoor het risico van overdracht wordt verkleind.
- Als de stoel en unit klaar zijn dan ga je over de werkbladen en eventueel over het te reinigen toetsenbord. Let op dat je geen stukjes overslaag en doe het volgens een vaste volgorde.
- Als laatste neem je met een doekje ook de buitenkant van je desinfectiebus af, zodat ook hier geen contaminatie kan plaatsvinden.
- Nu mag je je handschoenen uitdoen en weggooien. Opnieuw neem je een druppel handdesinfectans uit je dispenser en herhaalt het wrijven totdat je handen droog zijn.
- Je mag nu met deze schone gedesinfecteerde blote handen een schone tray maken en instrumenten uit de lades om alles weer op te bouwen voor de volgende patiënt.
Marjo Riebergen is docent op het gebied van hygiëne- en infectiepreventie.