Intra oraal scannen

Benut ook de voordelen bij uitneembare prothethiek

De gouden standaard voor het vervaardigen van kroon en brugwerk is de afgelopen jaren – onder invloed van technologische ontwikkelingen – veranderd van analoog afdrukken naar intra-oraal scannen. Tandarts-implantoloog Paul van Eekeren werkt al geruime tijd op deze manier en ziet vele voordelen. Niet alleen voor kroon – en brugwerk, maar ook voor uitneembare prothetiek. Zeker met dit laatste punt is niet iedere tandarts bekend en de voordelen worden daardoor niet ten volle benut. In onderstaand artikel geeft Paul meer inzicht.

In onze praktijk worden sinds 2014 alle kroon- en brugwerkstukken digitaal vervaardigd. Een conventionele analoge afdruk gebruiken we helemaal niet meer. Bij dit digitaal vervaardigen is een intra-orale scanner uiteraard onmisbaar. Zelf maak ik gebruik van de Trios van 3Shape, maar er zijn ook andere aanbieders. Maar waarom heb ik gekozen voor deze manier? Dat heeft onder andere te maken met voordelen in backwards planning, workflow, communicatie met de tandtechnicus en uiteraard tijdswinst. Tezamen levert dit het belangrijkste doel, een voorspelbaarder en kwalitatief beter werkstuk op. Dit is nog naast het comfort voor patiënt, tandarts en technieker.

Het digitale proces voor uitneembare prothetiek
De afgelopen jaren zijn mijn tandtechnicus (Goedegebuure tandtechniek te Ede) en ik druk bezig geweest om dit digitale proces ook mogelijk te maken voor de uitneembare prothetiek. Niet alleen partieel, maar ook volledig en juist op implantaten. Dit om daar dezelfde voordelen te kunnen behalen als bij kroon en brugwerk. Geen eenvoudige leercurve voor beide partijen, maar door veel vallen en opstaan zijn we gekomen waar we nu zijn. In de partiële prothetiek onderscheiden we de partiële plaatprothese en frameprotheses. In onze verwijspraktijk voor orale implantologie maken we redelijk veel (tijdelijke) partiële plaatprotheses. Dit om de inhelingstijd van de implantaten te overbruggen. Vaak scannen we die meteen tijdens de intake en in die intraorale scan kan ik de patiënt op het beeldscherm al meteen een soort modelonderzoek geven. Het helpt in beeld- en uiteindelijk besluitvorming voor zowel behandelaar als patiënt. Die scan gebruik ik daarna in de productie voor een eventuele tijdelijke voorziening. Ik hoef alleen maar de orderbon in te vullen op de IOS en de partiële voorziening te laten produceren. Logischerwijs scheelt het een alginaat afdruk met alle bijbehorende ongemakken. Maar de pasvorm van het gefreesde resultaat is vele malen beter dan zijn geperste equivalent. Dat geldt overigens ook voor alle volledige immediaatprotheses. 

Eenvoudiger en sneller
Wat de frameprothese betreft zijn deze voordelen misschien nog wel groter. Het gebruik van de survayor is overbodig, net als – in bijna alle gevallen – het slijpen van steunen en dat past in een weefselbesparende gedachte. De workflow wordt vele malen eenvoudiger en sneller. Omdat de beetregistratie in de mond al wordt gedaan, is deze in een latere fysieke fase nooit meer nodig. Het is dus een kwestie van scannen en twee weken later plaatsen. Ik vraag nog wel altijd een frame-design terug van de tandtechnicus. Die stuurt hij me dan digitaal en kan ik in mijn eigen tijd bekijken en voorzien van aanpassingen als dat nodig is. Uiteraard geeft het tijd- en comfort winst. Ter vergelijking; het aantal remakes daalt van 30 procent bij conventioneel, naar bijna 0 procent digitaal. Ik bied alle patiënten een nazorg afspraak aan, maar meestal zeggen ze die zelf al af. Zelfs in combinatie met de implantologie geeft dit voorspelbare resultaten.

In de conventionele prothetiek is de pasvorm van de prothese doorslaggevend voor het resultaat. Dit betekent dat we in elk geval met een afdrukmassa moeten werken. Daar kunnen we (nog) niet volledig digitaal werken.

Verschillende workflows
Ik onderscheid een aantal verschillende workflows. Uiteraard een onderscheid tot implantaat gedragen prothetiek en conventionele protheses. En bij beide categorieën een belangrijk onderscheid tussen een ‘goede’ oude prothese en een totaal nieuw ontwerp. Bij een totaal nieuw ontwerp van de protheses denk ik bijvoorbeeld aan een ander Frankfurtervlak en/of een totaal andere beetrelatie. Kortom, een prothese die je eigenlijk helemaal nieuw moet gaan bedenken. In dat geval werk ik nog grotendeels conventioneel. Ik start wel digitaal, maar eindig met een geperste prothese. Dit is zowel voor de implantaatgedragen als de conventionele prothese.

Bij een prothese die grotendeels goed is, zowel implantaat gedragen als conventioneel, eindig ik met een gefreesde prothese. Ook daar niet alleen tijdswinst, maar het resultaat is ook fysiek beter en sterker.

Uitdagingen, leercurve en overleg
Uiteraard zijn er nog een aantal uitdagingen. De kleur van de elementen is nog vrij opaque, maar daar heb ik al veel vooruitgang gezien in het afgelopen jaar. Ik verwacht dat dat ook nog beter zal gaan worden. Daarnaast is het scannen van de mucosa in een vrij eindigende situatie nog uitdagend en soms tijdrovend. Daar zijn voldoende trucjes voor, maar bedenk dat conventioneel rebasen, al dan niet met randopbouw, na het frezen altijd nog een oplossing is. Je hebt dan de voordelen van het volledig digitaal werken, maar combineert het met een afdruk om de pasvorm te optimaliseren.
Een ander punt van aandacht is de leercurve die je als behandelaar door zult moeten maken. Het scannen van een prothese is niet eenvoudig en je moet echt ‘omdenken’. Je workflow is echt anders.

Tenslotte geven de meeste intra-orale scanners de workflow niet goed weer in de scanner. Daar zul je in overleg met de tandtechnicus afspraken over moeten maken. Dat overleg is overigens een van de belangrijkste aspecten in de samenwerking, maar dat is nooit anders geweest. Overleggen met de tandtechnicus is onontbeerlijk en noodzakelijk.

Ik verwacht overigens wel dat de ontwikkelingen op dit gebied snel zullen gaan en zal mijn workflow er over een jaar weer anders uitzien. Maar dat maakt ons vak altijd uitdagend en hersenwerk.

Paul van Eekeren is tandarts-implantoloog NVOI en heeft samen met zijn vrouw een praktijk voor algemene tandheelkunde en een verwijspraktijk voor implantologie; Van Eekeren en Toxopeus tandartsen in Wageningen.